Home
Kennis en inspiratie
Mbo

Zo werkt Yucata aan gelijke kansen op haar roc

Zo werkt Yucata aan gelijke kansen op haar roc

Zo werkt Yucata aan gelijke kansen op haar roc

Hoe zorg je dat al je studenten evenveel kans krijgen om het maximale uit hun opleiding te halen? Dat is één van de vraagstukken waar Yucata Lienga zich dagelijks op richt. Als docent, maar ook als opleidingsontwerper op de School voor Zorg en Welzijn van ROC Tilburg. ‘We willen steeds meer maatwerk bieden.’

‘Hoe meer ik het verschil kan maken voor studenten, hoe fijner ik mijn werk vind. Dus zoek ik steeds naar rollen die me daartoe in staat stellen. Ik begon bijvoorbeeld als docent en geef nog altijd de vakken Anatomie en Basiszorg binnen de opleiding Helpende Zorg. Het is fantastisch om zo bij te dragen aan de kennis en kunde van studenten. Maar nog leuker vind ik mijn functie als opleidingsontwerper: daarin kan ik op een dieper niveau meehelpen om elk van hen het best passende onderwijs te bieden.’

Sekse en handicaps

‘Voor mij betekent “gelijke kansen” dat je optimaal onderwijs mogelijk maakt voor iedereen. En dat je voor je studenten dus alle belemmeringen wegneemt die je weg kúnt nemen. Ik zie dit als een van de belangrijkste verantwoordelijkheden van elke school. Gelukkig zijn er de afgelopen decennia belangrijke stappen gezet om onderwijs gelijker en inclusiever te maken. Zo hadden meisjes in Nederland vroeger minder kans op goed onderwijs dan jongens. Dat is nu niet meer zo. Ook op onze opleiding is sekse geen obstakel. En we werken er hard aan om ook andere verschillen irrelevant te maken. Zo blijkt het voor studenten met een fysieke handicap – bijvoorbeeld rolstoelgebruikers – vaak moeilijker om een stage te vinden. Zij kunnen sommige zorghandelingen moeilijker verrichten. Maar: met wat creativiteit zijn er vaak nog volop manieren te bedenken om hen toch aan de slag te laten gaan. Wij zoeken die manieren zelf én sporen stageaanbieders daartoe aan. Datzelfde doen we voor niet-neurotypische studenten, zoals mensen met autisme. Voor hen kan het bijvoorbeeld lastig zijn te werken in een ongestructureerde omgeving, snel meerdere instructies achter elkaar te krijgen, figuurlijk taalgebruik te begrijpen of inlevingsvermogen te tonen. Dat kan de interactie met patiënten, collega’s en leidinggevenden bemoeilijken. Toch blijken daar via goede gesprekken met stageaanbieders vaak prima oplossingen voor te vinden. Zo zijn er doorgaans afdelingen waar juist deze studenten goed gedijen.’

Taal en trauma’s

‘Bij ons is een relatief veelvoorkomende belemmering de beperkte taalbeheersing van sommige studenten. We zien dat obstakel vooral bij de jonge vluchtelingen die zich voor onze opleiding inschrijven. Zij komen van internationale schakelklassen of een Entree-opleiding en mogen regulier mbo-onderwijs volgen, maar hebben nog wel een taalachterstand. Met online onderwijs is dat een extra groot probleem, want dan kunnen ze minder oppikken uit non-verbale communicatie. Wij geven hen zoveel ondersteuning als we kunnen. Hoe? Bijvoorbeeld door extra lessen Nederlands als Tweede Taal aan te bieden. En door onze methode volop te benutten. We zijn om meerdere redenen blij met Traject Dienstverlening van ThiemeMeulenhoff – van de compleetheid tot de helderheid – maar zeker ook omdat er een voorleesfunctie in zit. Voor veel studenten is lesstof veel makkelijker te begrijpen als ze ernaar luisteren. En als ze niet weten hoe ze beroepsvocabulaire moeten uitspreken, hoeven ze dat nu niet steeds aan iemand te vragen. Voor docenten is het ook belangrijk om extra aandacht te geven aan studenten met een taalachterstand. Om ondanks de schaarse onderwijstijd net wat vaker bij hen te checken of ze uitleg goed begrepen hebben. En om inlevingsvermogen te tonen. Het is bijvoorbeeld belangrijk te begrijpen waarom ze informatie soms moeilijk opnemen. Dat hun hoofd mogelijk vol zit met trauma’s en zorgen, bijvoorbeeld over verloren of achtergelaten familie. Dat ze niet ongeschikt of ongemotiveerd zijn, maar juist heel graag onderwijs willen volgen, omdat ze vooruit willen in hun nieuwe samenleving. Dat ze om díé reden binnen korte tijd de Nederlandse taal hebben geleerd en daar nog steeds stappen in maken.’

Cultuur en kompas

‘Culturele achtergrond is op onze school gelukkig geen belemmering voor gelijke kansen. Wel zien we bij sommige etnische groepen specifieke zaken die een obstakel kunnen vormen voor optimaal onderwijs. Zo komt zwangerschap veel voor bij bepaalde groepen jonge meiden. Dat heeft vaak consequenties voor hun opleiding. Ze doen daar mogelijk langer over omdat ze door hun zwangerschapsverlof een deel missen. Of ze moeten een nieuwe, eigen woning vinden, waardoor ze stress ervaren en niet meer even scherp of geconcentreerd zijn. Binnen onze mogelijkheden doen we er alles aan om hen toch goed door hun opleiding te krijgen. Een belangrijke vraag daarbij is waarom juist deze meiden vaak zwanger worden. Zou het helpen om hun gerichter seksuele voorlichting te geven? De inzet voor gelijke kansen is een belangrijk onderdeel van onze onderwijsvisie. Die hebben we vastgelegd in ons Pedagogisch Kompas. In dit document staat bijvoorbeeld ook dat elke student zichzelf moet kunnen zijn, inclusief religieuze of culturele uitingsvormen. Toen in de maatschappij het debat oplaaide over de vraag of zorgmedewerkers wel of geen hoofddoek mogen dragen, hadden wij daar dus niet of nauwelijks discussie over. We konden gewoon onze visie erbij pakken.’

Behoeften en maatwerk

‘Als je als opleiding gelijke kansen wilt voor je studenten, moet je allereerst hun behoeften kennen. Bij ons bleken velen bijvoorbeeld niet te begrijpen waarom algemene vakken als Rekenen nuttig zijn voor de beroepspraktijk. Dat onbegrip demotiveerde hen, wat er weer voor zorgde dat ze niet het maximale uit hun lessen haalden. Vandaar dat ze in die vakken nu meer praktijkvoorbeelden van ons krijgen. Verder wilden ze onder meer een soepelere overgang van niveau 2 naar niveau 3. Daarvoor zijn we nu ideeën aan het bedenken. Ook maatwerk helpt om studenten gelijke kansen te bieden. Laat studenten zoveel mogelijk hun eigen route en tempo bepalen. Daarbij helpt het als docenten zien welke student meer en welke student minder aandacht nodig heeft; gelijke kansen vereisen soms juist dat je niet iedereen hetzelfde behandelt. En ook een methode als Traject Dienstverlening  is heel nuttig. Daarmee kunnen studenten namelijk makkelijker door- en vooruitwerken, omdat de software feedback geeft. Ook kunnen ze zelf kiezen welke opdrachten ze eerst doen. Maatwerk invoeren vraagt van docenten een nieuwe, meer coachende manier van werken en denken. Om die verandering stevig te verankeren, kun je het best álle docenten bij de vormgeving, introductie en uitvoering ervan betrekken. Bijvoorbeeld door er al vanaf het prille begin evaluatieve teamoverleggen over te houden. Inclusief, zoals wij ook doen, een tweejarige beoordeling die kijkt naar uitval, schoolresultaten en studententevredenheid. Zo wordt iedereen mede-eigenaar van een verandering. En wie mede-eigenaar is, zet minder snel de hakken in het zand.’

Afspraken en draagvlak

‘Maak je in die teamoverleggen afspraken over maatwerk of andere manieren om gelijke kansen te vergroten? Vergeet dan niet om die vast te leggen in je onderwijs- en examenreglement. Want als een teamlid opeens toch weerstand voelt en anderen daarin mee dreigt te nemen, kun je altijd verwijzen naar dat reglement. Doorgaans ebt de weerstand dan weer weg. Zo blijft je draagvlak sterk en maak je het voor steeds meer studenten makkelijker om optimaal onderwijs te krijgen.’

Yucata Lienga is docent Biologie en Zorg en Welzijn op de opleiding Helpende Zorg binnen de School voor Welzijn en Zorg van ROC Tilburg. Ook is zij voor deze opleiding schoolloopbaanbegeleider, voorzitter van de vakgroep Anatomie/Pathologie/Fysiologie/Basiszorg en opleidingsontwerper. Na haar docentenopleidingen Biologie en Zorg en Welzijn voltooide ze een master Leren en Innoveren.

Uitgelicht